Westwal

Square

In Leeuwarden vliegen ons een paar depressies om de oren, maar we liggen er goed dus we laten ze rustig overkomen. Als dat allemaal voorbij is, en Toos al een aardig begin heeft gemaakt aan haar kunstwerken in de kuip, vertrekken we. Het doel is uiteindelijk Enkhuizen. Maar eerst nog motoren naar Grou, waar we uiteraard weer met veel te veel wind dwars op de box moeten vastmaken, wat goed is voor kras twee en kras drie. Gelukkig zit er een transparante laag over de kleurlak. Als Noud met een polijstsponsje van de Action de plekjes even schoonmaakt zie je er niks meer van. Leve de Action. Intussen blijkt dat dat ook de lenspomp het ineens begeven heeft. Zucht. Dat kreng zit met superstugge slangen diep onder in de bilge en het is een vies en lastig karwei om hem naar boven te krijgen. Toch moet het. Omdat het weer een rotzooi van jewelste is bij zo’n klus gaan Noud en Toos van boord.  Als het ding eindelijk boven is kan ik hem testen. Inderdaad, kapot. Ik besluit de waterdichte pomp nu toch maar open te schroeven. Hij is van binnen kletsnat, dus de oorzaak is duidelijk.

Omdat het weer intussen weer helemaal niks is, met subtropische slagregens gecombineerd met sub-arctische temperaturen, blijven we een dagje liggen. Toos kan verder met haar kunstwerken, en wij gaan naar de plaatselijke watersportwinkel om te kijken of we een nieuwe pomp kunnen vinden. Helaas. Niet in voorraad. Maar geen probleem, zeggen de dames watersport. De groothandel zit vrijwel om de hoek, we gaan er wel een halen. We stellen intussen vast, dat het direct voorradige aanbod in 24 Volt uitrusting vrijwel tot nul is gedaald. Maar goed. Dit probleem is zover opgelost, nu maar hopen dat de slangaansluiting past, en later blijkt dat hij dat gelukkig doet. Intussen regenen we tot op de huid nat op de terugweg naar de boot. We schuilen in het beroemde Theehuis, waar nog eens een wolkbreuk overkomt. Bij een welverdiende Berenburg c.q. Whisky-cola levert het vooral een mooi plaatje op. Later aan boord, als Toos nog met haar kunstwerken bezig is, maak ik voor haar maar een aquarel van het verregende Pikmeer. Voor het contrast ernaast een aquarelletje van de zonsondergang op het Lauwersmeer nog geen week geleden.

IMG_20150827_140714.jpg  IMG_20150827_204304.jpg  IMG_20150827_204139.jpg

Als de volgende dag de harde wind voorbij is maken we los en gaan naar Stavoren. Voor vertrek controleren we het oliepeil van de pas gerepareerde keerkoppeling, en voor het eerst lijkt het of hij toch weer wat transmissieolie verliest. Zeker zijn we er niet van, maar we houden het strak in de gaten. Als we laat in de middag in Stavoren in de binnenmarina liggen blijkt dat ons vermoeden juist is. Weer lek. Daar baal ik ongemeen van, want van nu af kunnen we hem dus weer niet vertrouwen. Als hij zonder olie komt te staan gaat hij niet kapot, maar hebben we gewoon geen aandrijving meer. We weten van de vorige keer dat we dit hadden – inmiddels weer drie jaar geleden – dat er in Stavoren een winkel zit die die transmissieolie verkoopt. We kopen twee liter, en de eerste 300cc gaan in de keerkoppeling. Noud belt met de werf. Omdat technicus Geert met vakantie is heeft het weinig zin om rechtstreeks terug te gaan naar Drachten. We besluiten om wel zo min mogelijk te motoren van nu af, en te gaan zeilen op het IJsselmeer.

We gaan de volgende ochtend door de sluis. Er staat een klein drietje, de richting is wat veranderlijk, maar we zeilen en het is mooi weer. In Enkhuizen aangekomen zoeken we een plek in de ons bekende Buyshaven. Het is wat verder lopen naar de stad, maar je ligt er rustig en beschut tegen het feestgedruis.

We besluiten met Katrijn, de dochter van Toos, en haar twee kinderen, op zondag het Zuiderzeemuseum te bezoeken. Toos moet onderhand weer naar huis voor wat activiteiten, dus Katrijn brengt haar aan het einde van de dag naar Amsterdam voor een rechtstreekse trein naar Arnhem. Wij liggen nog een dag, doen de was en maken alles weer schoon. Het is per slot maandag. We hebben het plan om eens wat uitgebreider de Westwal van de van de voormalige Zuiderzee te bezoeken, want ondanks de rottige golfslag maken de schitterende stadjes een beetje ontbering de moeite waard. Dinsdag gaan we naar Edam. Daar zijn we nog nooit geweest, en hoewel we er een prachtige ligplaats hebben is het behoorlijk ver lopen naar het mooie stadje. De wandeling erheen is niet zo interessant. We checken de olie van de keerkoppeling en zien dat er ietsje uit is. Niet zoveel dat we moeten bijvullen, maar we hebben ook maar een uurtje gemotord met beperkt toerental.  Woensdag willen we naar Marken of Volendam, maar de wind is niet zo gunstig dus we blijven nog maar een dag liggen. We hebben een schitterende ligplaats met uitzicht over het IJsselmeer – dat bezuiden de dijk Enkhuizen-Lelystad eigenlijk IJmeer is genaamd. Allemaal belachelijke namen, want de misselijke golfslag waarvoor het water berucht is maakt dat het voor ons nog altijd gewoon de Zuiderzee is. Rare Nederlandse overheid met haar idiote fantasieën. Jammer genoeg kun je die akelige golfslag op de foto niet goed zien.

je ziet er niks van maar het is een wrede golfslag Prachtig uitzicht in de havenmond van Edam Edam, stilleven met maan en havenlichten

We willen op donderdag eigenlijk naar Hoorn en dan vrijdag van daaruit naar Enkhuizen terug, want we hebben daar de Reünie te Water van de Nicholsonkring der Lage Landen. De weersverwachtingen voor vrijdag zijn zo slecht, dat we Hoorn maar even overslaan en donderdag al naar Enkhuizen gaan. Daar ligt al de Marianne met Klaas en Petri, waar we meteen een gezellig weerzien mee hebben. Klaas is techisch erg goed, en heeft al snel een paar mogelijke oorzaken voor de lekkende keerkoppeling bedacht. Noud schrijft alles op om later op de werf in Drachten door te kunnen nemen. Intussen hebben we mail gekregen van een tot nu toe onbekende. Het mailtje komt van de bemanning van de Lapekoer, een leuk kottertje waarmee we als een impromptu wedstrijdje en kruisrak hadden gevaren op het Lauwersmeer. Ze sturen ons foto’s van Heerenleed, en van hun eigen scheepje zodat we weten over wie het gaat. We hadden er ook foto’s van, omdat het zo’n leuk zeilscheepje was en ze bovenwinds van ons ook voor anker gingen in de Slenk. Geniet maar even mee, foto’s van eigen schip onder zeil  heb je niet zo vaak.

De Lapekoer Aan de wind op het Lauwersmeer.jpg kruisrakje voor anker in de Slenk

Het weekend is gevuld met veel (drank en) gezelligheid, weerzien met oude vrienden en bootverhalen. De website van de Nicholsonkring, die ik vroeger heb beheerd, krijg ik weer terug onder mijn hoede, omdat de huidige webmaster op dit moment wat andere dingen aan zijn hoofd heeft. Houd die site maar in de gaten, zodra er weer snel internet is gaan we daar eens wat aan sleutelen. Gewoon omdat het leuk is. Een verslag van het reünieweekend komt ook op die site te staan als alles goed gaat.

Gezusters Nicholson Veel volk aan boord  Uiteindelijk vertrekt ook de Marianne

Na het weekend blijven we met de Marianne ook op maandag nog liggen, dinsdag gaan zij terug naar thuishaven Lelystad en wij verkassen van de Buitenhaven naar de Buyshaven, om op ons gemak de was te doen en wat dies meer zij aan huishoudelijks. Watertanken staat ook op het programma. Na een minuut of twintig tanken lijkt het alsof er niets in de tank is bijgekomen. Tot onze schrik merken we dat de slang niet in de opening voor de watertank hangt, maar in de dieseltank. Een krachtige conversatie met onze-lieve-heer volgt. Maar dat lost niks op, dus Noud gaat boodschappen doen en ik aan het werk. Na een paar uur is alle water opgepompt en overboord gezet. Het laatste beetje gaat in een jerrycan en laten we goed uitzakken. Water is namelijk flink zwaarder dan diesel, en het mengt absoluut niet. dus geduld, een pijp die tot onder in de tank komt, en een goede pomp doen de truc. Op woensdag vertrekken we rond de middag naar Marken, met een halve afspraak met Jan en Elly van de Nicholson 55 Lady Quaeso om elkaar te bezoeken. Zij liggen vast op Marken en varen  vaak met gasten van daaruit. Het is een leuke tocht naar Marken, hoewel de misselijke IJsselmeergolfslag ook nu weer aanwezig is. Bij aankomst merken we tot onze verbazing dat ondanks in totaal een anderalf uur motoren, de keerkoppeling op peil blijft. We hebben op aanraden van Klaas wat gejutterd aan de ontluchting van het ding. Zou dat de truc zijn?

Intussen liggen we bij de Zeilvereniging ‘Het IJ’ tegenover de wereldberoemde Sijtje Boes, dé souvenirswinkel van Marken. We maken onze opwachting op de Lady Quaeso, maar ze hebben chartergasten aan boord dus we gaan lekker op Heerenleed genieten van een mooie zonsondergang over de Gouwzee.

Op de achtergrond Sijtje Boes Op Marken Havenbuurt op Marken met Lady Quaeso Zonsondergang over de Gouwzee

Elly komt later nog een glaasje wijn drinken en we nodigen haar en Jan uit om morgen te komen eten. Donderdag een dag Marken. We doen boodschappen en maken een wandeling over de westkant van het eiland. Eiland, hoewel een dam het nu met de vaste wal verbindt. De sfeer is en blijft eilands, de mensen ook, en de bouw, met vaak de woonvertrekken op de bovenverdieping,  is typisch voor een eiland dat regelmatig werd overstroomd door de onbarmhartige Zuiderzee. We maken een stel foto’s voor jullie om mee te genieten. Op de oostpunt van Marken staat ‘Het Paard’, de bekende vuurtoren. We gaan er nu niet heen maar maken voor jullie wel een plaatje-op-afstand.  Nog nooit op Marken geweest? Gaan. Liefst niet in het hoogseizoen.

brugje en poffertjeskraam in de Havenbuurt, Marken Havenbuurt, Marken. De woonverdieping is boven. Kerkbuurt op Marken. De huizen staan op een terp. Grachtje in de Kerkbuurt, Marken Voetbrugje in de Kerkbuurt, Marken Kerkbuurt, Marken, zomaar een straatje Houten gevels in de Kerkbuurt, Marken Marken. In de verte 'Het Paard' De Kerkbuurt op Marken.

De wind- en weersverwachtingen voor vrijdag zijn gunstig. Dus vandaag moeten we zien weer aan de Friese kust te komen. We verlaten Marken, uitgezwaaid door Elly van de Lady Quaeso. De koers is min of meer bezeild naar Enkhuizen. We hebben een pittige wind, en de misselijke IJsselmeergolfslag is alom aanwezig. We moeten een paar slagen maken om de sluis bij Enkhuizen te bezeilen, maar daarna hebben we een mooie bij-de-windse koers die ons westelijk van het Vrouwenzand naar Stavoren brengt. We komen mooi op tijd aan, en vinden een plaats in de Binnenmarina. We zijn natuurlijk op weg naar Drachten om de keerkoppeling te laten nakijken en het lek te laten verhelpen. Maar we stellen vast dat er geen olie onder het gewraakte ding ligt. We leggen elke dag schone kranten onder motor en keerkoppeling – tip van het jaar van Peter Bolt van de gelijknamige werf – dus we kunnen in één oogopslag zien of er iets lekt. Vandaag dus niet. Morgen verder naar Grou.

We kunnen na Warns de Fluessen net aan bezeilen, en een deel van het Margrietkanaal ook, tot en met het Sneekermeer. Dan draait de wind in ons nadeel en gaat het verder dieselend naar Grou. In Grou aangekomen zien we dat de passantenhaven aan het Pikmeer, waar we meestal liggen, uitpuilt. Het dorp is versierd, het lijkt op zeilwedstrijden en dorpsfeesten. Maar we willen wat boodschappen doen dus we zoeken verder en gaan langszij bij een vissermanbotter vlak bij het centrum. De heren aan boord pakken vriendelijk een lijntje aan maar melden dat ze wel weggaan later op de middag. Geen punt, we verhalen Heerenleed als het zover is, en liggen dan ‘op stand’  aan een langssteiger bij Hotel Oostergo. De feesten zijn in volle gang met bijbehorend kabaal, maar we slapen er niet minder om. We hebben de boodschappen binnen. Morgen Drachten, want maandag zijn we ingepland voor de keerkoppeling.

op stand bij Hotel Oostergo

Als de volgende morgen de luidsprekers zich vrijwel naast Heerenleed bevinden, besluiten we om rap te vertrekken. We houden er een heel geestige uitdruking aan over: een van de organiserende bestuursleden van de dorpsvereniging – of zo – werd verontschuldigd. Hij lag in bed, ziet u, na een ‘horecablessure’. Daar hebben we geen kleingeld van terug!

Het laatste deel van de reis naar Drachten gaat een deels over het Prinses Margrietkanaal. We varen met groot motorvermogen op een dikke snelheid om de keerkoppeling nog eens goed te testen op lekkage. Het laatste – mooie – deel via Eernewoude en Het Prinsenhof en de Smalle Ie varen we wat langzamer maar toch noch redelijk snel. We komen aan in Drachten met het laatste van het mooie weer – vandaag was een cadeautje dat het KNMI niet had voorzien – en we meren af bij de werf. We stellen vast dat de koppeling wel iets maar niet echt noemenswaard gelekt heeft, ondanks de stevige snelheid. Wel zien we dat de schroefas niet goed is uitgelijnd en dat de motor meer staat te trillen dan we gewend zijn. We zien wel wat het oordeel van Geert is.

prachtig vakantiehuisje in Eernewoude het Prinsenhof de mooie Smalle Ie

We houden jullie van de keerkoppelings- en andere perikelen op de hoogte!

Comment

6 Replies to “Westwal”

  1. Dank voor het leuke verslag en de prachtige foto’s. Ik ken die regio goed, heb daar oa met Anne-Paulien gefietst! Feest der herkenning.
    Succes met de resterende klussen!

  2. Als mensen hun best voor ons doen krijgen ze gewoon een pluim Anneke.

  3. Dat hoeft niet hoor het moet gewoon goed

  4. Vast en zeker, Anneke. Het begint er alweer op te lijken. En als alles klaar is steken we Geert’s (en jullie) loftrompet gewoon weer.

Comments are closed.